Terug bij Groot Hell
Samenvatting
In 2018 begon de plannenmakerij voor het restaureren, verduurzamen en herbestemmen van boerenbedrijf Groot Hell in Putten. De uitdaging was en is er een goed renderend geheel van te maken. De tijd heeft geleid tot andere keuzes dan in eerste instantie werd bedacht.
Vlak voor corona uitbrak liep bouwfysicus Marc Stappers van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed mee over het erf om mee te denken over verschillende restauratie- en verduurzamingskeuzes. Hoe staat het er bij Ton Hoogstraat inmiddels voor?
Aanbesteding leidde tot vertraging
Hoeve Groot Hell bestaat uit een boerderij, twee schaapskooien, een paardenstal, een werktuigenschuur en een bakhuis. Dit geheel maakt deel uit van een groter landgoed. Ton Hoogstraat en Yvonne Kanon zijn via een erfpachtconstructie economisch eigenaar van Groot Hell. Yvonne runt het paardenpension en was de afgelopen 2,5 jaar bijna dagelijks het aanspreekpunt op de bouw. Ton verzet met name in het weekend veel werk, hij heeft daarnaast nog een full time baan. Ton leidt rond en vertelt: ‘We begonnen meteen met vertraging. Het idee was dat we met een paar onderdelen uit het hele plan zouden starten. We wilden die ook apart aanbesteden. Maar daarmee ging de aannemer niet akkoord, die wilde alle onderdelen uitwerken en met een totaalplan komen. Dat heeft geleid tot een jaar vertraging in de uitvoering van het werk.’
Van schaapskooi naar appartement
Het plan om eerst zelf in één van de schaapskooien te gaan wonen, is gewoon doorgegaan. ‘We hebben daar tot twee weken geleden in gewoond. Nu zijn de schilders daar bezig om het helemaal af te maken voor de verhuur.’ Beide schaapskooien op het erf zijn inmiddels omgebouwd tot verblijfslocaties. In de ene schaapskooi bevinden zich twee appartementen voor twee personen, in de andere kunnen zes personen verblijven. Dit grote verblijf is ook rolstoeltoegankelijk gemaakt. ‘We hebben ze ‘box in box’ gebouwd. Aan de buitenkant zie je niet dat er een appartement in zit. En haal je de box eruit, dan heb je weer een schaapskooi.’
Rolstoeltoegankelijk
Het rolstoeltoegankelijk maken van de appartementen hoort bij de visie van Ton en Yvonne. ‘Wij zien het als onze maatschappelijke plicht om zoveel mogelijk mensen van deze boerderij te laten genieten. Ook mensen met een handicap! En heel erg graag zouden we hier op de deel intieme concerten geven. Met fotograaf Brand Overeem werken we nu aan een permanente expositie op de deel over het oude boerenleven op de Veluwe. Een journalist van de Barneveldse Courant schreef, toen Groot Hell te koop stond, dat hij bang was dat opnieuw een deel van het oude boerenleven zou verdwijnen. Maar het boerenleven van weleer blijft bij ons op het erf juist voor iedereen zichtbaar en beleefbaar.’ Yvonne en Ton deden al een aantal jaren mee met Open Monumentendag. ‘Dat gaan we dit jaar niet doen, we moeten even bijkomen van alle hectiek van de bouw. Volgend jaar staat de deur weer open!’
Pianola-vleugel en brocante
De deel is al mooi ingericht met meubilair en onderdelen van de brocanteverzameling van Yvonne. Blikvanger op de deel is de pianola-vleugel. ‘Dit is een Steinway van 110 jaar oud. Yvonne vond deze ergens online, toen ze op zoek was naar een piano voor op de deel. Deze moesten we zien! De pianola is altijd in dezelfde familie geweest. Toen zij ons verhaal over Groot Hell hoorden, wilden ze hem graag aan ons verkopen. We hebben alle muziekrollen erbij kunnen kopen. Wanneer we het eerste concert gaan organiseren, komt deze familie uiteraard ook.’
IJsselsteentjes en vloerverwarming
Van het vorige bezoek was blijven hangen dat Ton de IJsselsteentjes op de deel niet zou aanraken. De verwarming zou moeten komen van infraroodpanelen. Maar hier liep het toch anders…Ton vertelt: ‘De vloer van de deel is er helemaal uit geweest. De achtergevel is geïsoleerd, het dak is geïsoleerd en het energielek van de schuurdeuren hebben we ook opgelost, door er een glazen kozijn te plaatsen. Daardoor konden we overstappen op vloerverwarming. Die IJsselsteentjes moesten er toch uit, omdat we niet aan egalisering van de deel ontkwamen. We hebben 200 kuub zand weggehaald om de boel recht te krijgen en de isolatie onder de deel kwijt te kunnen. Op sommige plekken moest wel 85 cm zand weggegraven worden.’
Het schroefdak boven de deel is brandveilig geïsoleerd, zodat er geen zuurstof van onderaf bij kan komen. ‘Er komt nog rondhout op de gebinten, zodat de nieuwe vloer van de kamer boven niet zichtbaar is vanaf de deel. Alle muren zijn geïsoleerd met hennep. Dat is ademend en dampdoorlatend. Wij merken in het voorhuis dat dit voor een heel prettig binnenklimaat zorgt’.
Verwarmingsketels, windmolens
In het voorhuis van de boerderij en op de deel is vloerverwarming aangelegd. ‘We waren bezig met een biomassaketel, maar daar zijn we op teruggekomen. We hebben nu maar liefst vijf hybride verwarmingsketels geplaatst in de diverse gebouwen. De verwarming draait nu nog op gas, maar mijn grote droom is dat ik op termijn op het landgoed twee windmolens kan plaatsen. Ik wil via mijn eigen waterstofcentrale de warmtevoorziening regelen. Dan kunnen we van het gas af. De vijf hybride Remeha-ketels zijn hiervoor alvast geschikt gemaakt.’
Monumentenglas en (te) ruime profielen
Alle ramen met roedes zijn voorzien van monumentenglas. ‘Het monumentenglas paste precies in de oude roedes.’ Bij de stalramen is achterzetglas geplaatst in ruime profielen. ‘Op deze manier zie je van binnenuit de oude vorm van het stalraam en van buitenaf zie je de kozijnen van achterzetglazen juist niet.’ Datzelfde idee is ook toegepast bij de uilengaten boven in de achtergevel. ‘In de eerste jaren dat wij hier woonden, zat hierboven een kerkuil. En in de notenboom hiervoor zaten steenuilen te broeden.’
Historisch verantwoord kleurgebruik
Tijdens de rondgang met Marc Stappers kwam ook het belang van goed schilderwerk aan de orde. ‘De schilders die op Groot Hell werken zijn allemaal gespecialiseerd in monumenten. Zij weten wat belangrijk is. Bij het verwijderen van alle verflagen kwamen wel zes kleuren tevoorschijn. Een van die kleuren was taupe, en dat hebben we in het voorhuis als hoofdkleur gekozen. Historisch verantwoord.’ In de keuken prijkt een elektrische AGA oven. Een noviteit in een ruimte waar juist heel veel bij het oude is gebleven. Naast de keuken bevinden zich de kelder en de opkamer. ‘De kelder en de trap naar de opkamer zijn in ere hersteld. De trap was er ooit uit gehaald, vanwege een gehandicapte zoon van de familie die hier woonde. De originele trap stond nog op zolder, zo hebben we het weer precies zoals het was.’
Hout van eigen landgoed
De estriken die in de badkamer en de werkkamer op de vloer lagen, zijn in het naastgelegen bakhuus hergebruikt. ‘De herbestemming van het bakhuus is nog even een vraagstuk. We gaan nog kijken hoe we het in gaan vullen.’ Vrijwel al het eikenhout dat gebruikt is voor de restauratie, is afkomstig van het landgoed. ‘We hebben het bos hierachter gedund. De bomen sleepte ikzelf met een trekker uit het bos. Toen we tijdens het werk hout tekort kwamen, hebben we met de timmerlieden samen nog een boom uit het bos gehaald. De mannen zeiden: ‘Dit is voor het eerst dat we ons timmerhout ook echt als boom in het bos hebben gezien.’
Ton is onder de indruk van de werkwijze van de timmerlieden. ‘Kijk maar eens goed naar deze schuur. Dit is nieuwbouw, maar gemaakt met ouderwetse timmermansvaardigheden. Die constructies die zij maken, zijn zo knap! De gebinten maakten ze op de grond. Toen alles klaar was, kwam er een kraan en in één dag stond het en alles paste!’ De ankerbalken van de schuur heeft Ton allemaal zelf gezaagd. ‘Een balk is een dag werk. Het zijn balken afkomstig uit het bos hierachter. De buitenkant van de schuur is van Douglas. Die heb ik ook allemaal zelf gezaagd op mijn vrije zaterdagen. Ik denk dat ik daarmee al met al wel een ton heb kunnen besparen.
Paardenpension in bedrijf
Het paardenpension is twaalf jaar geleden al van start gegaan. ‘Dat hebben we vrijwel meteen opgepakt. Nu hebben we voor de pensiongasten een aparte zadelkamer ingericht. Daar is ook een eigen toilet en een klein keukentje, zodat de gasten zich kunnen redden wanneer ze op hun paard komen rijden.’ Op het erf moet nog het een en ander afgewerkt worden. ‘Ik werk momenteel aan de drainage rondom de schaapskooien en rondom de boerderij. Dat is nog wel een flinke klus. En verder moeten we alles nog opruimen. Pas wanneer het netjes is en helemaal af, gaan we de appartementen in de verhuur doen.’
Tekst Erna Oosterveen. Foto’s Ingrid de Roode Fotografie.
Bron: Monumenten.nl (Restauratiefonds)